In de jaren 60 en 70 van de 19e eeuw worden in Rotterdam drie bedrijven opgericht: Van Rietschoten & Houwens, Internationale Crediet- en Handelsvereeniging "Rotterdam" en Wm H. Müller & Co. Deze bedrijven staan aan de wieg van wat meer dan een eeuw later Imtech zou worden.
Nadat hij zijn carrière als kapitein van zeilvrachtschip op de Oost-Indië route beëindigd, richt Jan Jacob van Rietschoten een bedrijfje op dat zich focust op werktuigbouwkunde en nieuwe technologische ontwikkelingen zoals stoomgedreven apparaten. Wanneer hij ingenieur Willem Houwens ontmoet, richt hij in 1872 samen met hem Van Rietschoten & Houwens op dat uitgroeit tot een elektrisch installatiebedrijf. Het bedrijf vestigt zich op de hoek van de Westzeedijk en de Kapelstraat.
Eind 1967 wordt Van Rietschoten & Houwens overgenomen door de Internationale Crediet- en Handelsvereeniging "Rotterdam", kortweg Internatio. Internatio wordt in 1863 opgericht en legt zich vooral toe op import, financiering en export. Vanaf het begin richt de handelsvereniging zich op de handel met de overzeese gebieden, vooral Nederlands-Indië. Internatio verschaft ondernemers in Nederlands-Indië kapitaal en verkreeg in ruil daarvoor het recht om de producten van die ondernemingen naar Nederland te vervoeren en ze daar te verkopen. Vice versa zorgt Internatio voor de verkoop van Nederlandse consumptiegoederen op de Indische markt, met name producten van de Twentse katoen fabrikanten. Van het hoofdkantoor van de Internatio bestaat een foto, maar we weten niet waar het gebouw stond en of het nog bestaat. Mogelijk is het tijdens het bombardement in de tweede wereldoorlog met de grond gelijk gemaakt.
In 1970 fuseert Internatio met het Duitse bedrijf Wm H. Müller & Co dat in 1876 in Düsseldorf werd opgericht door Wilhelm Heinrich Müller. In 1878 vestigt het handels- en scheepvaartmaatschappij bedrijf zich ook in Rotterdam. Müller’s dochter, Helene Müller, huwt in 1888 met de Nederlander Anton Kröller die werkzaam is bij het bedrijf. Kröller wordt een jaar later, na het overlijden van Wilhelm Heinrich Müller, directeur van de gehele firma.
In 1895 neemt Müller & Co de Nederlandse Stoomboot Maatschappij over die vanuit Rotterdam en Amsterdam lijndiensten onderhoud met Londen. Kröller noemt de nieuwe onderneming de Batavier Lijn. De boten van de Batavier Lijn vertrekken van de St.Jobskade, later ook Müllerpier genoemd. Helene Kröller Müller staat aan de wieg van het kunstmuseum Kröller-Müller, dat samen met de 6.000 m2 natuurgebied en het jachtslot Sint Hubertus het imposante Nationaal Park Hoge Veluwe in Nederland vormt.
In 1993 bundelen 36 technische bedrijven binnen Internatio-Müller (IM) zich tot Imtech, een technisch dienstverlenend bedrijf op het gebied van elektrotechniek, automatisering en werktuigbouw. Het bedrijf is werkzaam door heel Europa, in Curaçao en Rusland. In 2001 krijgt Imtech een notering aan de Amsterdamse beurs. Het bedrijf heeft rond deze tijd circa 26.000 medewerkers en een jaaromzet van €5 miljard. Op 13 augustus 2015 werd het bedrijf door de rechtbank van Rotterdam failliet verklaard.
Huidige situatie van voormalig hoofdkantoor Van Rietschoten & Houwens, hoek van de Westzeedijk en de Kapelstraat, Rotterdam
Hoofdkantoor Van Rietschoten & Houwens, hoek van de Westzeedijk en de Kapelstraat, Rotterdam (datum onbekend)
Gezicht vanaf de Nieuwe Maas op het etablissement ( scheepswerf en machinefabriek ) Fijenoord van de Nederlandse Stoomboot Maatschappij aan de Persoonshaven O.Z., 1911
Casestudy
Imtech (1863 - 2015)
Internatio heeft zijn oorsprong in de handel en scheepsvaart . De handel werd voornamelijk in voormalig Nederlands-Indië bedreven. De scheepvaart vormt de verbinding tussen het hoofdkantoor van Internatio in Rotterdam en het productielandschap van Java. Vervoer over water was destijds de snelste manier op producten te vervoeren. Hierin speelt de Koninklijke Rotterdamse Lloyd een belangrijke rol. De RL onderhoud diverse waterverbindingen met Nederlands-Indië. Hierbij worden niet alleen producten vervoerd, maar ook personen van en naar Nederlands-Indië. In 1930 wordt de MS Baloeran opgeleverd, het toenmalige vlaggenschip van de RL. De geschiedenis van dit schip is nauw verbonden haar thuis haven de Lloydpier in Rotterdam. In mijn onderzoek heb ik de MS Baloeran nader onderzocht. Hierbij heb ik mij vooral gericht op de architectuur en ruimtelijke (klasse) indeling van dit schip.
MS Baloeran in de haven van Tandjonk Priok (Batavia) 1934.
Marten Mees 1828 - 1917
Bankgebouw Mees & Zoonen (1934)
Huidige functie; Kunstacademie Willem de Kooning
In de geschiedenis van de bank komt de 19de eeuw naar voren als een periode van groei en stabiliteit. In navolging van Engeland, de Verenigde Staten en Frankrijk gingen alle landen in de loop van de 19de eeuw de waarde van hun geld bepalen in edelmetaal. Er werd steeds meer gebruik gemaakt van bankgeld, waarbij een onderscheid gemaakt werd tussen:
- metaalgeld (muntstukken)
- chartaal geld (biljetten)
- giraal geld (zichtrekeningen).
Marten Mees was grondlegger van een aantal bedrijven in Rotterdam en wordt misschien wel gezien als een van de belangrijkste personen in de ontwikkeling van Rotterdam als Havenstad.
- Mees en Zoonen
- Het Rotterdams Leeskabinet
- Het Onderling Crediet
- De Rotterdamse Bank
- De Spaarbank van Rotterdam
- De Nieuwe Waterweg, de controverse met Pieter Caland
- De Bergingmaatschappij
- Feyenoord
- De Stoomzeescheepvaart
Etc, Etc.
De opmars van de handelsbanken
De Spaarbank Rotterdam
De Spaarbank Rotterdam
Nederlandse Handels Maatschappij Rotterdam
De Rotterdamsche Bank
Rotterdam
http://www.engelfriet.net/Alie/Aad/mees.htm
Omdat Rotterdam gebombardeerd is, is er nog weinig over van de bebouwing in die tijd. Alleen het Scheepsvaartkwartier heeft het bombardement overleeft en daar staan nog blokken met bebouwing uit die tijd, waarbij de kantoren aan de Westerkade uit de periode 1850-1900 stammen. Het Scheepsvaarkwartier is onderdeel van plan Nieuwe Werk. De Westerhaven is op ten duur gedempt, en is nu de Parklaan. Het plan is ontworpen door W.N. Rose
Hier een van de plattegronden van het Zeemanshuis, een logement voor matrozen, op de hoek van de Rivierstraat en Calandstraat verderop in de wijk, gebouwd in 1853. Het gebouw heeft een geordende indeling, met gangen en trappenhuizen centraal gelegen in in het gebouw, met aan weerszijden de kamers. Het gebouw is gesloopt in de jaren 30, om plaats te maken voor een appartementencomplex.
Imtech Marine was vroeger bekend onder de naam Van Rietschoten & Houwens en heeft een geschiedenis in Rotterdam die teruggaat tot 1860. Ook het Rotterdamse bedrijf Radio Holland werd onderdeel van Imtech Marine.
Imtech Marine maakt onder meer navigatiesystemen voor schepen. Van de 800 werknemers van de organisatie in Nederland werken er 600 op het hoofdkantoor in Rotterdam.
Het Rotterdamse marinebedrijf wordt overgenomen door handelsonderneming Pon Holdings en investeringsmaatschappij Parcom Capital. De organisaties nemen Imtech Marine volledig over.
Vertrek van de eerste mailboot van het Nederlandsch-Indische Scheepvaart Etablissement van de Rotterdamsche Lloyd uit Belawan Noord-Sumatra
Internationale Crediet- en Handelsvereeniging "Rotterdam", Wolfshoek, Rotterdam (datum onbekend)
De Leuvehaven op de hoek van de Wolfshoek en Wijnhaven. Uit zuidwestelijke richting gezien. Met het kantoorgebouw van de Internationale Crediet en Handels vereniging
Plattegrond van het Beursplein en omgeving met daarop aangegeven plannen voor een nieuw postkantoor aan de Wolfshoek en een nieuw beursgebouw en een groentenmarkt aan de Noordblaak, 1906
Internatio kantoren in Nederlands Indië
Kantoorgebouw INTERNATIO (Internationale Crediet
en Handelsvereniging Rotterdam), Semarang, datum?
(bron: colonialarchitecture.eu)
Kantoorgebouw INTERNATIO (Internationale Crediet en Handelsvereniging Rotterdam),
Theewaterstraat; Kali Besar Oost, Batavia, 1929 (bron: colonialarchitecture.eu)
Architect N.V. Architecten-Ingenieursbureau Hulswit en Fermont te Weltevreden en Ed. Cuypers te Amsterdam
Kantoorgebouw INTERNATIO (Internationale Crediet- en Handelsvereeniging Rotterdam) te Soerabaja, 1950 (bron: colonialarchietcture.eu)
Architect Ir. F.J.L. Ghijsels
Bedrijven en ondernemingen waar Internatio in investeerde
De Internationale Crediet- en Handelsvereeniging "Rotterdam" werd in 1863 opgericht. De Twentse katoenfabrikanten G. en H. Salomonson (van de Koninklijke Stoom Weverij te Nijverdal) waren hoofdaandeelhouders. De doelstelling van de firma was: het drijven van handel, het financieren van exporten in diverse vormen, het kopen en/of huren van schepen en het deelnemen in cultuurmaatschappijen. Dit alles wilde men wereldwijd verrichten, maar al spoedig beperkte men zich tot Java. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd een agentschap in Japan geopend, dat in 1922 werd gesloten om in 1933 opnieuw te starten. De zaken gaan goed en in de 30'er jaren heeft Internatio 17 vestigingen in het Verre Oosten. Internatio wordt een conglomeraat aangestuurd vanuit het hoofdkwartier in Rotterdam. Na de Tweede Wereldoorlog wordt het moeilijker om zaken te doen in het Verre Oosten. Soekarno roept in 1945 de Republiek Indonesië uit en in 1957 worden alle bezittingen van Internatio onteigend. Internatio verlegt de activiteiten naar politiek stabielere landen als de Verenigde Staten, Australië, Zuid-Afrika en het Verenigd Koninkrijk.
Internationale Crediet- en Handelsvereeniging Rotterdam
Internationale Crediet- en Handelsvereeniging "Rotterdam", Wolfshoek, Rotterdam (datum onbekend) Uit: gedenkboek Internatio
Introductie
De koloniale geschiedenis van Rotterdam
De geschiedenis van Rotterdam is onlosmakelijk verbonden met haar functie als haven en overslaggebied. De internationale scheepvaart richtte zich altijd al sterk op de koloniën en grondstoffen uit Nederlands-Indië vormden een belangrijk bestanddeel van de handel in deRotterdamse haven. Wanneer in 1870 het cultuurstelsel in Nederlands-Indië wordt afgeschaft en de Agrarische Wet en de Suikerwet worden ingevoerd opent dit mogelijkheden voor particuliere bedrijven om zich in Indië te vestigen. De liberalisering van de koloniale markt bracht een stormachtige groei van de Rotterdamse havens op gang, welke op haar beurt zorgde voor versnelde stedelijke en culturele ontwikkelingen die op verschillende manieren in de gebouwde omgeving en de architectuur tot uitdrukking kwamen en tot op de dag van vandaag nog hun stempel op de stad drukken.
In het populaire discours wordt Rotterdam vaak afgeschilderd als een moderne naoorlogse stad; zo wordt haar een langere geschiedenis ontzegd. Met het bombardement van 1940 en de onafhankelijkheid van Indonesië lijkt ook de relatie van Rotterdam tot haar koloniale geschiedenis vergeten. Toch zijn er nog veel vooroorlogse bouwwerken terug te vinden, wiens fysieke aanwezigheid in de stad ons door stilistische en ideologische referenties meer inzicht in deze ‘vergeten’ geschiedenis kunnen geven en toenmalige (sociaal-) politieke
agenda’s bloot kunnen leggen.
Welke economische, politieke en culturele betekenis hadden de koloniën voor Rotterdam (en Nederland) en hoezeer was de stad verbonden met het koloniale verleden? Kunnen we aan de hand van gebouwen en planningsstructuren, handel en productie, biografieen van bedrijven en personen, koloniale geschiedenissen ‘lezen’ en in kaart brengen?
Van Rietschoten & Houwens
Müller & Co
Koninklijke Paketvaart-Maatschappij, beter bekent als KPM, was een Nederlands scheepvaartbedrijf (1888–1966) in Nederlands-Indië, nu Indonesie. It was the dominant inter-island shipping line in Indonesia during the last half century of the colonial era. KPM maintained connections between the islands of Indonesia
In 1914, Frans Ghijsels designed the Petamboeran hospital for the Royal Packet Company (KPM) in Batavia, now Pelni Petamburan hospital Jakarta. In the same year, the shipping company also commissioned Ghijsels to design the new headquarter for the KPM on a plot of land at Koningplein Oost 5. This project led to the formation of the private architectural consultant AIA (Algemeen Ingenieurs- en Architectenbureau). Ghijsels established the AIA together with architect H. von Essen and contractor F. Stoltz.
The design of the building was prepared by Ghijsels in 1916. The construction of the building took two years in the period of 1917 to 1918. At its completion, the project for the headquarter of the KPM shipping company was considered a huge success and won critical acclaim. After the KPM headquarters project, AIA received many commissions for commercial buildings, making AIA Bureau the most successful architecture consultant in the Dutch East Indies.
During the early period of the World War II, in 1939, the "Protection of the Civilians against Air Attacks" department was formed to protect the civilians from possible air attacks by the Japanese. This department was under the auspices of the State Mobilization Council of the Dutch East Indies. The department formed 18 regional of protection circles within the Dutch East Indies, where Batavia and its surrounding fell under the Air Protection Circle I. The Air Protection Circle I was subdivided into seven sectors, each with several district observation posts known as the "air-watch post". The air-watch posts were set up on tall buildings in the city. In Batavia, the Factorij in the Benedenstad and the KPM Headquarter at the Koningsplein were set to become the air-watch post.
The KPM headquarter was designed as a four-storeyed Art Deco building. The building quality is monumental, displaying a symmetrical rigid facade design with a visible balcony on the third floor at the front facade. The building features two towers between the representation front offices. An inner courtyard and the open galleries provided enough cross ventilation for this Indies building, a design principle that would be the core concept of the New Indies Style.
The building was designed in Art Deco. The building is very monumental, displaying a rigid facade design with an attic third floor at the front
https://en.wikipedia.org/wiki/Ministry_of_Transportation_Building,_Jakarta
Koninklijke Paketvaart-Maatschappij
The headquarters of the KPM in Koningsplein, Batavia. The building is now the headquarters of the Indonesian Ministry of Transportation.
In de 30'er jaren heeft Internatio 17 vestigingen in het Verre Oosten. Het neemt ook bestaande industriële bedrijven over zoals papier-, aardewerk- en suikerfabrieken en richt zich op landbouwproducten als rubber, koffie, thee, tabak, hout en kapok. Internatio wordt een conglomeraat aangestuurd vanuit het hoofdkwartier in Rotterdam.
Enkele bezittingen in Nederlands-Indië waren:
- Ament's suikerfabrieken
- Algemeene Industriële Mijnbouw- en Exploitatiemaatschappij
- Landbouw Maatschappij Bantool
- Cultuur Maatschappij Modjopanggoong
- Cultuur Maatschappij Kenongo
- Handelmaatschappij Kehding & Van Nie
- Papierfabriek Padalarang
Door te zoeken naar informatie over de achterliggende bedrijven kunnen we een bredere connectie maken in het onderzoek. Wie zijn de mensen? In welke omstandigheden leefde ze? In wat voor gebouwen woonde ze en in wat voor gebouwen werkte ze?
Vanuit de bouwwerken is een link naar de andere thema’s snel gemaakt, van betrokken architecten, bouwstijlen en werkgebieden.
Papierfabriek Padalarang sorteer- en pakzaal.
COLLECTIE TROPENMUSEUM (1943)
Het spoorwegstation van Padalarang in aanbouw (1890-1910, COLLECTIE TROPENMUSEUM)
Jan Jacob van Rietschoten I
Het is 1860 als zeekapitein Jan Jacob van Rietschoten zijn carrière op de grote vaart beëindigt en in Rotterdam begint als zelfstandige takelaar en scheepstoetuigersbaas. Hij voorziet schepen, in die
tijd voornamelijk zeilschepen, van noodzakelijke benodigdheden als touw, staaldraad, lampenkatoen, petroleum en smeermiddelen. In 1863 gaat Van Rietschoten samenwerken met de Deense zeeman Peter Thomsen. ontwikkelingen van zijn tijd worden in dit bedrijf, Van Rietschoten en Thomsen, voor het eerst duidelijk zichtbaar. Als een van de eersten in Nederland zet hij stoom gedreven apparaten in om efficiënter te kunnen laden en lossen. Tot ongenoegen van de havenarbeiders, die voor hun banen vreesden.
Als Van Rietschoten de 19 jaar jongere ingenieur Willem Houwens ontmoet, richt hij in 1872 dan ook samen met hem Van Rietschoten & Houwens op en komt er in 1873 een einde aan het bedrijf Van Rietschoten en Thomsen.
Jan Jacob van Rietschoten II
In 1885 komt de zoon van Van Rietschoten het bedrijf versterken. Junior heeft een deel van zijn opleiding in Engeland genoten en daar veel opgestoken over elektrotechniek, onder andere bij Siemens Brothers, leverancier van elektrische machines en apparaten. Na het pionierswerk van zijn vader en diens compagnon Houwens brengt Jan Jacob van Rietschoten II de zaak tot grote bloei.
En eind jaren vijftig volgde de order voor de ’ss Rotterdam’, een opdracht waarbij overigens Van Buuren en ook Van Swaay een groot deel van de lucht- en klimaattechnologie verzorgden
In 1876 richt Wilhelm Heinrich Müller in Düsseldorf in Duitsland zijn bedrijf Wm. H. Müller & Co. op. De compagnon is Willem Neese, zijn zwager.
In 1878 verplaatst Heinrich Müller zijn bedrijf naar Rotterdam, de stad die in de laatste decennia van de 19e eeuw een heftige groeistuip doormaakt. Onder leiding van mensen als Lodewyck Pincoffs groeit de Rotterdamse haven spectaculair en neemt het vervoer van en naar de industriegebieden in het Duitse achterland een enorme vlucht.
Anton Kröller & Helene Müller
Wanneer Willem in 1885 ziek wordt, volgt zijn broer Anton hem in Rotterdam op. Anton Kröller leert Helene Müller kennen, dochter van de oprichter van het bedrijf en stapt in 1888 met haar in het huwelijksbootje.
Als zijn schoonvader een jaar later onverwacht overlijdt, wordt Anton Kröller de enige directeur van de internationale vennootschap Wm.H. Müller.
Familie Muller met in het midden Wilhelm Heinrich Muller, datum?
Anton Kröller & Helene Müller, datum?
Vergelijking Plattegronden Kantoren Rotterdam-Indonesie
Personeel van de suikerfabriek Bantool bezuiden Jogjakarta
Leiden University Libraries, KITLV Collection (1898)
In 1842 tekent Willem Nicolaas Rose zijn allereerste waterplan, als onderdeel van het Coolpolderplan. Volgens dit plan worden de Schie en de Rotte van het water in de binnenstad gescheiden, drinkputten geslagen en singels aangelegd, om zo de binnenstad van schoon (drink-) water te kunnen voorzien. Zijn project wordt meerdere malen door hemzelf herzien voordat het in 1863 verwezenlijkt wordt. Bovenstaande plattegrond stamt uit 1854.
De gegraven Westerhaven is na een tijd gedempt en getransformeerd naar de huidige Parklaan, een van de meest chique straten van Rotterdam. Aan de Parklaan en Calandstraat staan nog een aantal landhuizen uit de periode 1860-1900.
Wat opvalt aan de plattegrond is dat alle verkeersfuncties (trappenhuizen/hallen etc.) centraal geregeld zijn en de vertrekken en verblijfsruimtes zich daar omheen vouwen. Aan de buitenzijde maak het gebouw een gesloten indruk met een regelmatig raampartij, maar geen verdere uitbouwen of openingen (zuilenrij/balkon/veranda/erkers etc).
W.N. Rose en het Waterproject
Historische groei van Rotterdam en omgeving
Woning van de familie Tromp aan Djokjaweg 53 te Batavia.
In totaal werkten bij de twee fabrieken circa 25 Europese en Chinese kaderfunctionarissen en ongeveer 750 Javaanse personeelsleden [NOTE Inv.nr. 227. Over een aantal Javaanse werknemers zijn onvoldoende gegevens beschikbaar. Het hier genoemde aantal is opgegeven door prof. ir. T. Tromp, voormalig bedrijfsleider en hoofdadministrateur van 1925-1948
Leiden University Libraries, KITLV Collection (1924)
Huis van administrateur Ament van rubberonderneming Boenisari tussen Garoet en Pameungpeuk
Leiden University Libraries, KITLV Collection (1920)
Mevrouw J.C. Ament-van Beusechem (links) en luitenant F.G. van Delden (te paard) op bezoek bij de familie C.A. Remmert-Ament, vermoedelijk te Tjimahi
Leiden University Libraries, KITLV Collection (1895)
Advertentie Batavierlijn Müller & Co
Aanvoer van suikerriet bij Suikerfabriek Tandjong Tirto
Fotocollectie Elsevier (1937)
Kantine en woonloodsen bij de tinmijnen te Manggar op Biliton
Leiden University Libraries, KITLV Collection (1903
Kookketels van een suikerfabriek, mogelijk Tandjong-Modjo (ook wel Ngablak genoemd) te Tandjoengmodjo bij Koedoes
Leiden University Libraries, KITLV Collection(1920)
Stratenplan van W.N. Rose voor de Coolpolder en Rubroek, 1858
De Indonesische equivalent is heel anders opgebouwd (1918). Dit is het Jiwasraya Insurance Kantoor in Semarang. Het gebouw is heel anders opgebouwd met galerijen aan de buitenzijde, en daarachter pas de werkruimtes. Veel in het ontwerp is erop gericht om het gebouw zo goed mogelijk te ventileren en het is het tegenovergestelde van het gebouw aan de Parklaan.